Invoering
De Minister-president werd ingevoerd na de Tweede wereldoorlog in 1945. Van Oranje-Nassau mocht terugkomen uit Londen en dat was niet geheel vanzelfsprekend. In een overleg tussen de Nederlandse politieke kopstukken van die tijd en de VS en Groot Brittannië, heeft men besloten tot de invoering van de Grondwet van vóór de oorlog, maar moest Van Oranje Nassau en de Britse koningin de invoering van de minister-president toestaan.
De Amerikanen wilden natuurlijk meteen een President, maar dat wilden de Britten niet, zo werd de minister-president het compromis voor Nederland. Er zit al President in de titel, wat de Amerikanen gerust stelden, omdat het de opstap is naar de republiek Nederland met een gekozen President.De benoeming van de minister-president geschiedde in een koninklijk besluit. Een besluit van de koningin en mede ondertekent door de nieuwe minister-president zelf.
Voor de oorlog stond Drees aan de basis van de SDAP, de voorloper van de PvdA. Na de oorlog waren Drees en Wilhelmina de grootste politieke kopstukken in NL en beiden waren natuurlijk betrokken bij het eerste overleg in 1945.
Voor Nederland is de minister-president dus het rechtstreekse gevolg van de Tweede Wereldoorlog, die ons land 200.000 doden kostte. De titel is overgenomen uit Duitsland, waar de hoogste regeringsleiders van de deelstaten ministerpräsident worden genoemd, let wel zonder streepje en op zijn Duits.
Drees was feitelijk minister-president van 1948-1958. Hij was pas de derde in rij, maar bleef toch, tot zijn dood in 1988, 102 jaar oud, de verpersoonlijking van de functie.
Drees trad aan in 1948 en hij trad gelijk aan met koningin Juliana, die in hetzelfde jaar haar moeder opvolgde.
Pas in de Grondwet sinds 1983
Pas in 1983 werd de functie van minister-president in de Nederlandse Grondwet opgenomen. Een grote zege voor iedereen die een president wil en zeker ook voor Drees, die toen nog leefde.
De Koning bepaalt nog altijd wie in Nederland minister-president wordt
De Nederlandse burger beweert nogal eens, dat de Koning geen macht heeft. Wel, daar vergist de Nederlandse burger zich in hoge mate in. Lees ons artikel over hoe dat zit in de Grondwet
De AOW en de minister-president
Door Drees is de ‘Noodvoorziening oude van dagen’ ingevoerd na de oorlog, ook wel ’trekken van Drees genoemd”, waarmee deze uitkering voor altijd met diens persoon en de minister-president wordt geassocieerd. Later werd het de AOW genoemd. De minister-president en de AOW bepaalden in hoge mate het karakter van het land en werden zelfs de bindende factor van Nederland voor de ‘Staatsen’. De Republikeinen staan ook in de toekomst garant voor het blijven bestaan van deze (voor Nederland) kenmerkende, begrippen.
De Republiek, de minister-president met straks de president horen bij elkaar, evenals de AOW.
Kiezen door de Tweede Kamer
Menig orangistenpartij discussieert over de gekozen minister-president, maar die zetten natuurlijk niet door. Daarvoor is een Grondwetswijziging nodig vergelijkbaar met de benoeming van burgemeesters, die nu wordt geschrapt uit de Grondwet.
Wij, De Republikeinen willen de minister-president laten kiezen door de Tweede Kamer, zodat de rechtstreekse verkiezing door het volk gereserveerd blijft voor de President van de Republiek Nederland.
De Grondwet sinds 1983
Artikel 45
1. De ministers vormen te samen de ministerraad.
2. De minister-president is voorzitter van de ministerraad.
3. De ministerraad beraadslaagt en besluit over het algemeen regeringsbeleid en bevordert de eenheid van dat beleid.
De minister-president is de belangrijkste politieke functie van Nederland en sinds 1983 neemt Van Oranje Nassau niet meer deel aan het besluiten over het regeringsbeleid, zo blijkt uit deze Grondwetstekst.
Het Catshuis
Het Catshuis is gelegen aan de weg van Den Haag naar Scheveningen. Het adres is Adriaan Goedkooplaan 10 Den Haag. Het is sinds 1963 de ambtswoning van de minister-president en het ontvangstcentrum van de regering.
Het Catshuis behoort tot de huisvesting van het Ministerie van Algemene Zaken.
Helaas is er geen enkele minister-president die er ook gaat wonen. Voor De Republikeinen reden om het Catshuis maar meteen te bestempelen tot ambtswoning van de President en voor de minister-president een andere gepaste ambtswoning te zoeken.
Voor de autoriteit van de staat is het van essentieel belang, dat behalve de President ook de minister-president in Den Haag woont tijdens zijn of haar ambtstermijn.